In het bos is ruimte voor iedereen

Mirjam van der Laan

“Ik kom uit een klein dorp en ben daar weggegaan omdat ik in de stad wilde wonen. Maar daar ben ik na twaalf jaar ook weer weggegaan om dat ik dichter bij de natuur wilde wonen. Wij zijn hier vier jaar geleden echt komen wonen vanwege het bos, dus mijn band met Den Dolder is nog heel nieuw. Ik voel me steeds meer thuis en heb veel mensen leren kennen omdat ik nu hier natuurlessen geef. Al vrij snel was ik tegen iedereen hoi aan het zeggen als ik over straat liep. Zo fijn! Ik waardeer dat je elkaar ziet, dat je niet zo langs elkaar heen leeft. Ik woon ook in een straat waar veel mensen wonen die hier geboren en getogen zijn. Die kennen elkaar allemaal, helpen elkaar. Je kletst met mensen, je let op elkaar als er iets gebeurt. Ik moest daar heel erg aan wennen. In de stad ben je een individu en in een dorp weten mensen toch wel het een en ander van je.
 
Langzaamaan begin ik een Doldenaar te worden. Bij een vorige workshop waren er ook volwassenen uit het dorp, we liepen op de Willem Arntsz Hoeve de hei op en mensen zeiden: ‘Ik ben hier nog nooit geweest, wat is het hier mooi!’ Toen dacht ik, zelfs mensen uit Den Dolder zelf kun je nog verrassen met de natuur die naast hun huis ligt. Dan voelt het wel als mijn thuis dat ik laat zien. Kinderen worden heel blij van dit soort dingen, maar volwassenen dus ook. En als je dingen weet ga je anders kijken, meer zien en daardoor voel je je ook meer verbonden met de natuur. Als ik andere mensen dat kan laten zien dan voel ik me zelf nog meer verbonden met de natuur.
 
Het bos is ook niet eng. Het wordt heel eng gemaakt. Het is een angst die aangeleerd is. Na Anne Faber veranderde wel mijn gevoel van veiligheid, want ik ging altijd alleen het bos in. Nou is dat voor vrouwen sowieso spannend, maar ik wil dat heel graag. Dus die angst neem ik er gewoon een beetje bij. Al werd die toen wel zo erg dat ik een jaar niet meer alleen in het bos ben geweest. Het had echt even tijd nodig om te landen en een plek te krijgen. Ik ben nog wel alert, maar ik vind het genieten van het bos en een zijn met de natuur meer waard. Ik snap ik wel dat mensen kritisch zijn, maar inmiddels voel ik me net zo veilig als daarvoor.
 
Wat ik mooi vind, ik kom uit Castricum. Dat heeft ook een instelling in het bos en een instelling kiest er niet voor niets voor om daar te zitten: het brengt rust als je omringd bent door bomen. Ik ben dus opgegroeid met het idee dat iedereen anders is en dat er ook excentrieke mensen zijn. Dat iedereen er mag zijn. Maar wat ik op de Willem Arntsz Hoeve mis is een plek om samen te komen. Ik zie mensen lopen, ik zeg ze gedag, maar er is voor mijn gevoel niet echt een plek waar je even bij elkaar komt. Altijd als ik er loop dan denk ik: dit kun je hier doen, dat kun je hier doen. Waar is alles? Het is heel gescheiden terwijl het hier echt geweldig mooi is! Er is heel veel potentie. Ik ben ook heel benieuwd waarom dat niet gebeurt. Is het alleen geld? Je hebt hier wel dingen zoals de bioscoop en de ateliers, maar ik heb het gevoel dat het nog steeds niet helemaal leeft. Ik vind het zo fijn om ergens met mijn kindje te lopen waar bijvoorbeeld dieren zijn, of waar je wat natuureducatiedingen kunt doen, andere ouders met kinderen kunt ontmoeten, andere mensen zien.
 
En ik heb het wel steeds over de natuur, maar het is natuurlijk je eigen natuur. Het is waar je vandaan komt. Het begint soms al meer een soort attractiepark te worden, maar ik vind het heel belangrijk met mijn workshops mensen te laten ervaren dat de natuur van onszelf is en dat wij daar onderdeel van zijn. Want de natuur is er gewoon en in het bos is er echt ruimte voor iedereen.”

 

Meer verhalen uit Den Dolder

Je kunt geen content van deze pagina downloaden